Beschrijving
Salvia Officinalis
Salie komt oorspronkelijk uit de landen rond de Middellandse Zee en de Balkan. Tegenwoordig komt de plant echter nog zelden verwilderd voor, hij wordt nu overal gekweekt. De naam Salvia is afgeleid van het latijnse werkwoord salvare, wat genezen betekent. Het is een stevige, welriekende, halfheester die 30 tot 80 centimeter hoog wordt.
De planten groeien in dichte bundels vertakte stengels. Salie heeft typische grijze, viltige, ovale bladeren, die bij aanraking een aangename kruidige geur verspreiden. De plant bloeit op oud hout, van juni tot augustus. De lipvormige bloempjes zijn lichtpaars tot blauw.
teelttips
Salie groeit het best op een zonnige plaats, in niet te vochtige, kalkrijke en goed gedraineerde grond. Hij kan bovendien ook gemakkelijk gekweekt worden in potten: op het terras, de vensterbank, of zelfs binnen. Heeft u geen plaats in de volle zon, salie kan ook enige schaduw verdragen. Best is om na de bloei terug te snoeien, om mooie volle planten te behouden.
De oude stengels verhouten, na 4-5 jaar kan je de planten best vervangen. Indien de bladeren vergelen is dit het teken dat de wortels meer ruimte nodig hebben. Let op, de plant kan niet tegen strenge vorst, afdekken is dus aangewezen.
culinair
Enkele verse stukjes salie bij uw gerechten bevorderen de spijsvertering. Het kruid past daarom uitstekend bij varkensvlees, eend of schaap. Ook bij vette vissoorten past dit kruid, denk maar aan “paling in ‘t groen”, daar hoort zeker salie in! Gebruik salie echter wel met mate, de smaak is snel overheersend.
Salie is het ingrediënt bij uitstek in de beroemde Provençaalse “Aigo boulida”. Een soep die wordt opgediend om de vertering te vergemakkelijken van al wat daarna nog zal gegeten worden.
Naast vers gebruik kan salie ook verwerkt worden in sauzen, kruidenazijn of kruidenolie.